Op de Utrechtse Heuvelrug, elke eerste zondag van de maand Heb je op jonge leeftijd je partner verl

Op de Utrechtse Heuvelrug, elke eerste zondag van de maand Heb je op jonge leeftijd je partner verl
Heb je op jonge leeftijd je partner verloren en ben je -als één van de weinigen in je omgeving-
bezig met rouw, verlies en herinneringen?
Zou je graag lotgenoten willen ontmoeten en
ervaringen
delen in een kleine, informele groep? 'Jonge Weduwen Wandelen' organiseert
elke eerste zondag van de maand een wandeling ergens op een mooie plek in Nederland.

Blog. Weet je nog, lief?


Weet je nog, lief? Hoe wij terugliepen van het ziekenhuis, onder de bomen. Net gehoord dat je lymfeklierkanker had. Hoe jij alles zag met een verscherpt bewustzijn. Alsof je al dacht aan je sterven. Je zei: 'Ik denk niet dat ik ooit eerder heb gezien dat deze bomen zo mooi zijn. Zo prachtig, zie je dat?' Ik keek omhoog. Mijn tranen maakten niets van al die wazig groene vlekken.

Weet je nog, lief? Hoe we 's ochtends een kopje koffie dronken in bed. Dicht tegen elkaar aan, de warmte van de nacht nog tussen ons in. Mijn hand zo dicht bij jouw werkelijke lijf. Mijn vingers kroelend door jouw haar. Jou zomaar een kus te kunnen geven. Hoe mooi is dat? Alles zomaar.

Weet je nog, lief? Hoe we vakantie gingen houden in het noorden. Geen hoge bergen. Geen twee weken wandelen met rugzak. Niet liften naar een bestemming. Niet dwalen met een kaart. Niet met ons brakke tentje wildkamperen. Het was een weekje er even tussenuit voor de kankerpatiënt en zijn naaste, passend op het huis van mijn ouders. Hoe gelukkig we waren. Hoe tevreden. Weet je nog, toen ik je naar de trein bracht? Hoe de tranen over je gezicht liepen, daar op het perronbankje op het Groningse Hogeland?

Weet je nog, lief? Hoe jij een keer per ongeluk een dubbele – toch al enorme – dosis prednison had geslikt en we bang waren dat we ons zeldzaam rustige avondje moesten inruilen voor een maag leegpompen. Hoe jij de Eerste Hulp opbelde en vertelde dat je 'met je vriendin aan het praten was, helemaal vergat wat je aan het doen was en toen dus per ongeluk de verkeerde pillen had genomen...' De internist op de Eerste Hulp bood geruststelling, maar ik gaf jou grijnzend een klap omdat je mij de schuld gaf.

Weet je nog, lief? Hoe ik moest huilen toen ik de dokter bij ons thuis ons trouwkaartje liet zien. Hoe ik huilend achter hem de trap afliep om te vertellen dat ik zo blij was dat hij onze dokter was. Dat hij jou bijstond in deze laatste maanden. Nee, ik denk niet dat je dat weet – je lag alweer te slapen in ons bed.

Weet je nog, lief? Hoe ik tijdens de begrafenisweek zo verlangde om weer met z'n tweeën te zijn? Dat ik zo verlangde om naar je graf te gaan. In mijn eentje – geen mensen meer om me heen. Om eindelijk weer even samen te zijn. Om dan mijn hoofd op het gras te leggen, zachtjes tegen de grond te schuren met mijn wang. Met mijn hand te woelen in de aarde boven jouw graf. Daar ben je nog, zo dichtbij.


Weet je nog, lief? Hoe wij samen kookten in de kleine smalle keuken. Ik zette dan een stoel voor je neer. Waar jij met een dekentje om en een snijplank op schoot mij hielp met groente snijden. Weet je wel, lief, dat dat één van mijn liefste herinneringen is? Zo 's avonds, rustig samen. Keuvelend in de keuken. Zo dicht bij elkaar.


Weet je wel, lief, hoe erg ik je mis vandaag?